Pearl Harbor: het begin van vijftig jaar

Rede uitgesproken op 15 augustus 1991 door G.L.J. Huyser ter gelegenheid van de herdenking van de Japanse capitulatie.

Wanneer twee mensen herinneringen ophalen zullen de uitkomsten per definitie verschillen. We weten dat maar al te goed uit eigen ervaring. Zo kan het gebeuren dat sommigen aan de confrontatie met het verleden dreigen ten onder te gaan. Anderen hebben het vermogen in zelfovergave en actieve berusting datzelfde lijden te transformeren tot een positief element van hun levensstijl.

Het appel: Impressie van een gebeurtenis op 23 augustus 1945 in het jongenskamp Bangkong te Semarang op Java

Ze waren allen op de appèlplaats geroepen. In hun hersenen leefden vier gedachten.

Een Amerikaans vliegtuig had laag over het kamp gevlogen, ze hadden vrije handen zien wuiven, er vielen geen bommen maar pamfletten. Niemand wist wat er in die pamfletten stond.

Ze kregen de laatste dagen meer eten.

Ze hoefden niet meer naar het patjolveld.

Bovendien circuleerden er geruchten dat Rusland Japan binnengevallen was. En een vreemd verhaal over een superbom en misschien had Japan zelfs gecapituleerd, maar dat laatste was wel heel ongeloofwaardig.

De ervaringen van een puber tijdens de Japanse bezetting en de Bersiap

 

 

Ik kan mij de capitulatie van Nederlands-lndië nog herinneren als de dag van gisteren.

Mijn vader kwam gebroken thuis, onzeker en zeer geëmotioneerd. ‘Wij hebben de oorlog verloren.’ Wat dat allemaal in zou houden was voor mij nog een raadsel. Het begon pas door te dringen toen ik ’s nachts om twee uur wakker werd van de voetstappen van honderden voorbijlopende soldaten over de straat voor ons huis. In het duister zag ik het KNIL-leger voorbijtrekken, zwijgend. In de gloed van enkele olielampen die zij meedroegen zag ik sommige droefgeestige gezichten.

Het verleden als maatschappelijke motivatie

Als voorzitter van het Nationaal Comité 4 en 5 mei is mij gevraagd iets te vertellen over de schakel tussen verleden en heden, juist in de jeugdvoorlichting. Ik zal proberen dat te doen vanuit mijn leeftijdsgroep en mijn beperkte oorlogservaring. Allereerst vind ik dat we de jeugdvoorlichting als vorm van getuigen aan een nader onderzoek moeten onderwerpen als de zelf beleefde werkelijkheid en direct ervaren emoties maar zo’n korte periode betreffen als bij mij en mijn leeftijdgenoten. Ik was bijna twee toen de oorlog afgelopen was, die ervaring als direct gevoel kan ik niet overdragen.

Getuigen en rekening houden met kinderen

Onder getuigen versta ik het met een zekere nadruk onder de aandacht brengen van zaken die je van belang acht voor jezelf en voor anderen. Belang is dan een hoger belang, er is sprake van een meerwaarde boven het alledaagse, meestal een morele meerwaarde. Opkomen voor salarisverhoging is dus geen getuigen, omdat dat vrijwel nooit een moreel belang betreft.

Getuigen krijgt een extra dimensie als er sprake is van iets waar je zelf bent bij geweest of wat je zelf hebt meegemaakt.

Mijn belevenissen met jeugdvoorlichting

 

 

Dames en heren, beste vrienden en vriendinnen.

Voor degenen die dat niet weten, de Stichting Samenwerkend Verzet is een overkoepelende organisatie van belangengroepen van oud-verzetsmensen, kampslachtoffers en mensen met een soortgelijke achtergrond. Die Stichting Samenwerkend Verzet heeft een afdeling, de Commissie Jeugdvooriichting, en daarover wil ik u iets vertellen.

Transgenerationele oorlogsgevolgen: Gesprek met prof.dr. D.J. de Levita

Wie had zo’n jaar of tien geleden kunnen bevroeden dat er een heuse universitaire leerstoel zou komen die zich speciaal op naoorlogse generaties zou richten? Behalve bij een handjevol betrokkenen, ontmoette toentertijd de idee dat nakomelingen van oorlogsslachtoffers psychische klachten zouden hebben die samenhingen met traumatische ervaringen van de ouders, hoofdzakelijk een hoofdschudden over wat de ‘softe sector’ nu weer bedacht had. Inmiddels is de situatie danig veranderd. Het inzicht dat transgenerationele traumatisering voorkomt is vrijwel gemeengoed geworden.

Internationale bijeenkomst van ondergedoken kinderen in New York

‘Max Arlan is redacteur buitenland van het weekblad De Groene Amsterdammer

Op 26 en 27 mei 1991 werd in New York ‘The First International Gathering of Children Hidden During World War II’ gehouden. Meer dan 1600 mensen kwamen naar deze bijeenkomst; daaronder was ook Max Arian, die zelf als tweejarig joods jongetje heeft moeten onderduiken.

Nederlandse gevangenen in de Duitse concentratiekampen

Op een studiedag voor het team-Eindhoven van de Stichting 1940-1945 verzorgde de heer A.J. van der Leeuw een bijdrage over het Duitse concentratiekampsysteem en over de Nederlanders die in deze kampen gevangen zaten; wie kwam waar terecht en waarom?

Pagina's