Gedenkplaats Haaren: Een 'herinneringsplek' die niet alleen zelf, maar ook qua betekenis te weinig bekend is.

In 1835 gaf Koning Willem 1 toestemming voor de bouw van een grootseminarie u) in Haaren als huisvesting van de priesteropleiding in het Bisdom Den Bosch. In 1839 werd het gebouw in gebruik genomen. In de loop der tijd is veel verbouwd en bijgebouwd, de zijvleugels werden verlengd, er kwamen een bibliotheek en een klooster voor zusters. Zij hadden een verzorgende functie. De oorspronkelijke kapel werd in 1939 vervangen door een monumentale kapel. Bij de gebouwen lagen sportvelden en een grote tuin.

'Knalrood', 'Moondog'

Binnen NS Reizigers / Concernveiligheid wordt er veel aandacht besteed aan de (sociale) veiligheid. Zo is er een afdeling die zich bezig houdt met opvang en nazorg voor medewerkers (Vangrail) en klanten (Nazorg) en is er een educatief programma opgezet (Luisteris) om jongeren bewust te maken van de gevolgen van onbezonnen gedrag, agressie en groepsgedrag. Op de dvd staan trailers van de Luisteris programma's 'Moondog' en 'Knalrood'.

Het getraumatiseerde gezin. Oorlogsgetroffenen en hun gezinsleden

Een samenleving die door een ramp getroffen wordt, vertoont een karakteristieke reaktie (Kleber, Brom, Defares 1986). Eerst is er veel hulp en zorg voor de slachtoffers; maar na enige tijd verflauwt de aandacht en gaat men over tot de orde van de dag.

Als de hulp wordt beëindigd, zijn de meeste slachtoffers de gevolgen van het geweld nog lang niet te boven gekomen. Uit het isolement dat vervolgens rond hen ontstaat, blijkt op pijnlijke wijze dat er een discrepantie is tussen individuele en kollektieve verwerking.

Klachten met een verleden. Oorlogsgetroffenen in de huisartspraktijk

 

 

 

Oorlogsgetroffenen gaan met hun klachten vaak in de eerste plaats naar de huisarts, die hen doorgaans jarenlang begeleidt. Welke praktische richtlijnen kan men nu een (huis)arts geven die in zijn praktijk met oorlogsgetroffenen te maken krijgt?

De emancipatie van de oorlogsgetroffenen

Jarenlang heeft men gemeend dat het verwerken van de Tweede Wereldoorlog vooral een probleem was voor de oorlogsgetroffenen. In de literatuur werden de gevolgen van het oorlogsgeweld beschreven als ziekteprocessen van individuele slachtoffers. Daarnaast werd veelvuldig de stelling verdedigd dat alleen specifiek deskundigen in staat waren de (psychotherapeutische) hulp aan deze bijzondere kliënten te geven.

De verschillende kategorieën oorlogsgetroffenen

Het aantal oorlogsgetroffenen dat nog steeds kampt met de lichamelijke en psychische gevolgen die samenhangen met hun oorlogservaringen loopt in de tienduizenden.

Dat het hierbij - zeker indien het begrip oorlogsgetroffene ruim wordt opgevat -om zeer grote getallen gaat mag blijken uit de prognose die door het Sociologisch Instituut van de Rijksuniversiteit van Utrecht in 1978 werd opgesteld. Geschat werd hoevelen uit de verschillende kategorieën oorlogsgetroffenen in 1985 en 1995 nog in leven zouden zijn.

Verzetsdeelnemers:

Psychische en sociale factoren bij traumatisering door oorlog en vervolging

Veel kinderen van mensen die in de oorlog werden vervolgd, vertonen problemen en symptomen die men eigenlijk alleen bij diegenen zou verwachten die de vervolging aan den lijve ondervonden hebben. Bij de volgende generaties vinden identificatieprocessen plaats die herhalingen zijn van de reacties op de traumatische ervaring. Om deze identificatieprocessen en de ontstaansfactoren zowel binnen als buiten het gezin (bijvoorbeeld peer-groups, school) te onderzoeken, werd in Amsterdam de Stichting Onderzoek Psychische Oorlogsgevolgen (SOPO) opgericht.

Pages