Palingpop en psychotrauma
Mijn kinderen en ik zijn dol op de palingpop van Nick en Simon. De kinderen omdat hun muziek makkelijk in het gehoor ligt, ik omdat bij Nick en Simon allerlei vormen van psychopathologie de revue passeren. In Masker bezingen zij bijvoorbeeld de borderline persoonlijkheidsstoornis (‘Van wit verander jij opeens naar zwart, en je buien gaan van droog naar boos’), en in Door jou, narcisme (‘Als jij je in de spiegel ziet, zie jij die ander niet’). Ook allerlei gewetensvragen worden aan de orde gesteld met teksten als ‘Als de krant van vandaag die van morgen zou zijn, zou jij dan die krant openslaan, om dan stiekem te lezen of je dromen van morgen doorgaan?’ (het antwoord is overigens ja, dat zou ik, daarom heb ik twee keer een waarzegster bezocht die niet zo goed bleek te kunnen lezen).
Aan die laatste tekst moest ik denken toen ik in de Volkskrant een artikel las over het uitzetten van angstige herinneringen bij muizen. De wetenschappelijke verantwoording moest ik vijf keer lezen, maar het komt erop neer dat door angstwekkende gebeurtenissen in het brein een storend geheugenspoor kan ontstaan tussen bepaalde triggers (zoals geluiden, personen of geuren) en angst. Dit geheugenspoor kan verzwakt worden door een nieuw geheugenspoor te maken waarbij de trigger wordt losgekoppeld van de angst, maar het oude geheugenspoor kan altijd weer de kop op steken. Wetenschappers hebben nu ontdekt hoe ze de zogenaamde extinctiecellen, die ervoor zorgen dat het oude geheugenspoor onderdrukt blijft, aan en uit kunnen zetten. Dit is natuurlijk opwindend omdat het op de lange termijn wellicht het onderdrukken van geheugensporen bij mensen mogelijk maakt.Het artikel deed me denken aan de vraag van Nick en Simon, of je in de toekomst zou kijken als dat kon. De vraag omkeren kan straks dus ook: zou je het verleden wissen als dat kon? Misschien word ik oud, maar ik heb de indruk dat de laatste jaren binnen de psychotherapie steeds meer de nadruk is komen te liggen op het wissen van traumatische herinneringen met allerlei oorlogszuchtige metaforen. Binnen de EMDR wordt tegenwoordig ‘gebeukt’ tegen het werkgeheugen, dat wanhopig probeert stand te houden tegen oogbewegingen, tikken, buzzers, sommen en trommelen. In de toekomst kunnen we dus ook extinctiecellen activeren die dan, neem ik aan, traumatische geheugensporen gaan uitroeien. Die nadruk op het uitschakelen van herinneringen lijkt soms wel erg ver verwijderd van het idee (afkomstig van Berthold Gersons, emeritus hoogleraar psychotraumatologie) dat patiënten ook wat van hun traumatische ervaringen willen léren. Bijvoorbeeld dat ze meer op hun gevoel moeten vertrouwen, of dat ze zelf óók wat waard zijn. Ik word altijd wel blij als patiënten leren van het verleden. Niet alleen omdat dat het psychotherapeutische proces boeiender maakt, maar ook omdat patiënten uiteindelijk beter beslagen ten ijs komen als ze wat leren dan als ze wat vergeten. Nieuwe inzichten geven vertrouwen in de toekomst. Bij het afscheid hoor ik Nick en Simon dan zachtjes zingen: ‘Geniet van de aangebroken tijd, jij bent voorgoed bevrijd, ogen open, armen wijd’.
Geachte bezoeker,
De informatie die u nu opvraagt, kan door psychotraumanet niet aan u worden getoond. Dit kan verschillende redenen hebben,
waarvan (bescherming van het) auteursrecht de meeste voorkomende is. Wanneer het mogelijk is om u door te verwijzen naar de bron
van deze informatie, dan ziet u hier onder een link naar die plek.
Als er geen link staat, kunt u contact opnemen met de bibliotheek,
die u verder op weg kan helpen.
Met vriendelijke groet,
Het psychotraumanet-team.
In: Impact Magazine, ISSN 2543-2591 | 2 | juni | 19
https://oorlog.arq.org/sites/default/files/domain-50/documents/impact_2019-02-def-50-1569945274841242912.pdf