Puberaal, lastig of radicaliserend?

Ahmed Marcouch als veertienjarige: Ik had ook zo’n typisch tulbandpetje op. Wij adoreerden de moedjahedin. In een kraakpand in het centrum van Amsterdam kwamen ze wekelijks bijeen: Marcouch, zijn studerende, oudere broer en een groep jonge moslims veelal Marokkaans, maar ook afkomstig uit Egypte, Somalië, Algerije en Soedan: we leerden de Koran reciteren, bespraken de exegese en de fikh, de islamitische plichtenleer. We keken naar videobanden en luisterden naar cassettebandjes met opzwepende preken en kopieerden die voor elkaar. Een zekere mate van radicalisering, zegt Marchouch, hoort bij opgroeien. “Je bent roekeloos, overschat jezelf. Het gaat erom dat je de goede mensen om je heen hebt om je zonder kleerscheuren door die fase heen te helpen. Dan kom je er sterker uit en leidt het er niet toe dat je je in een ver land laat afmaken.” Hij had geluk. De andere jongeren in zijn groep waren al wat ouder. “Ze hebben me geleerd te twijfelen en kritisch te zijn. In feite hebben ze me gederadicaliseerd. Opgroeien als moslimpuber gaat gepaard met een grote angst jezelf kwijt te raken in de grote oceaan van het vrije Westen waar van alles gebeurt wat volgens de Koran niet mag.” Aangezien experimenteel gedrag bij de puberteit hoort, is het lastig om gedrag van jongeren snel te duiden. Wanneer is er sprake van pubergedrag, wanneer is er sprake van een verstoorde ontwikkeling en wanneer is er sprake van radicalisering? Puberaal, lastig of radicaliserend? 5 1 Om de leesbaarheid te bevorderen spreken we in deze publicatie over scholen waar we allerlei onderwijsinstellingen bedoelen en over leerlingen waar we ook studenten en deelnemers bedoelen Zeker vanuit het beperkte schoolperspectief (wat weet de school van het leven dat de jongere leidt buiten de school?), is het moeilijk om signalen goed te interpreteren: het herkennen van het radicaliseringsproces van een jongere is bepaald niet eenvoudig. Toch doet de school ertoe, alleen al vanwege het feit dat jongeren een belangrijk deel van hun leven op school doorbrengen, zich daar ontwikkelen, gekend en begeleid worden. Wanneer er veranderingen optreden in hun gedrag, is dit óók op school zichtbaar. Het is een illusie te denken dat we daarmee iedere radicaliserende jongere kunnen traceren voordat hij of zij naar Syrië vertrekt. Wel kunnen docenten op school met jongeren in gesprek gaan en hen persoonlijke aandacht geven. Daarnaast kunnen ze ook het omliggende systeem inschakelen. Die verantwoordelijkheid sluit aan bij recente initiatieven om de zorgplicht van scholen te verankeren in de wet. Waar gaat deze publicatie over Nederland heeft te maken met verschillende vormen van radicalisering: van rechts- tot linksextremisme, van dierenactivisme tot islamitische radicalisering. Omdat in het huidige tijdsgewricht de meeste vraagstukken gaan over mogelijke islamitische radicalisering en jihadisme, ligt daar in deze publicatie de focus op. Deze publicatie is geschreven vanuit de pedagogische opdracht van scholen1 en is bestemd voor alle professionals die aan een school verbonden zijn. Maar ze is ook bedoeld voor mensen die een taak hebben in de zorgketen van de school en voor beleidsmakers. Deze publicatie wil docenten die met jongeren van circa 10 tot 18 jaar te maken hebben, bijstaan om hun soms moeilijke taak zo goed mogelijk uit te voeren. Het gaat vooral over proactief en preventief (en deels curatief) handelen om ontsporing van jongeren vroegtijdig te signaleren en mogelijk te voorkomen. Deze publicatie gaat niet over repressie – dat is immers geen taak van de school maar van politie en justitie – maar over het nemen van verantwoordelijkheid door de school. Dit is géén publicatie met alle ins en outs van allerlei vormen van radicalisering. Wel biedt het een kader waarin het proces van radicalisering geplaatst kan worden, op welke manier dit jongeren en de school kan treffen en wat de school hieraan kan doen. Én het gaat over het belang van het hebben van een professioneel netwerk en hoe dit al vroegtijdig kan worden benut. Daarmee denken we een bijdrage te leveren aan het tijdig signaleren van de ontsporing van jongeren die zich afkeren van onze samenleving.

Geachte bezoeker,

De informatie die u nu opvraagt, kan door psychotraumanet niet aan u worden getoond. Dit kan verschillende redenen hebben, waarvan (bescherming van het) auteursrecht de meeste voorkomende is. Wanneer het mogelijk is om u door te verwijzen naar de bron van deze informatie, dan ziet u hier onder een link naar die plek.

Als er geen link staat, kunt u contact opnemen met de bibliotheek, die u verder op weg kan helpen.

Met vriendelijke groet,
Het psychotraumanet-team.


Referentie: 
Ine Spee, Maartje Reitsma | 2015
45 p. | schoolenveiligheid [host]
http://www.schoolenveiligheid.nl/wp-content/uploads/2015/04/Puberaal-lastig-of-radicaliserend.pdf
Literatuuropgave; Radicx