Op een onbekende plaats begraven : de April-Meistakingen van 1943, een onderzoek naar oorlogsvermissing
In 1943 braken in Nederland de April-Meistakingen uit nadat de bezetters aankondigden dat alle eerder vrijgelaten krijgsgevangen zich voor straf opnieuw moesten melden. De bezetters, geschrokken van de opstand, sloegen de stakingen bloedig neer. Willekeurig gekozen slachtoffers werden ter dood veroordeeld door een haastig ingesteld standrecht en op geheime plaatsen gefusilleerd en begraven. De snelle bekendmaking van de namen stond voorop, om de bevolking weer in het gareel te dwingen. Na de bevrijding werd een aantal slachtoffers gevonden in massagraven. Anderen bleven vermist, onder wie zestien in Noord-Nederland. Verwanten bleven decennialang hopen op hun terugkeer uit het oosten. Ze leden onder de vermissing én onder het feit dat er blijkbaar niet naar hun dierbaren werd gezocht. Een vermissing, en dus ook een oorlogsvermissing, is pas opgelost als de vermiste wordt gevonden, levend of dood. Tot die tijd bleven onbeantwoorde vragen en onvoltooide verhalen malen: Waar is de vermiste? Leeft hij of zij? Wat is er gebeurd? Wat had ik kunnen en moeten doen? Wat kan ik nu nog doen? En bij de jongeren: wie is die mysterieuze, verzwegen maar o zo aanwezige vader, oom, tante, grootvader die zo ernstig kijkt vanaf die vage foto? Toen verwanten recentelijk na archiefonderzoek werden ingelicht over de lotgevallen van de vermisten, bleken instanties tot hun verbijstering al vanaf 1946 op de hoogte te zijn van hun lot en graflocatie. Instanties schrokken op hun beurt van het feit dat de nabestaanden decennialang onwetend waren gebleven en blijkbaar nooit goed waren ingelicht. Beide partijen vroegen zich af: Hoe heeft dit kunnen gebeuren en waarom heeft het zolang moeten duren?! De geschiedenis wordt gedetailleerd geschreven, evenals hoe er door de jaren over rouw, vermissing en het getroffen zijn door de oorlog werd gedacht. Met behulp van de Structuratietheorie en het Narratieve Identiteitsmodel kijken nabestaanden en instanties in een geconstrueerde dialoog naar wat er is gebeurd, hoe dat kon gebeuren, wat daarin al dan niet was beoogd, wat men deed en wat men had kúnnen doen.
Geachte bezoeker,
De informatie die u nu opvraagt, kan door psychotraumanet niet aan u worden getoond. Dit kan verschillende redenen hebben,
waarvan (bescherming van het) auteursrecht de meeste voorkomende is. Wanneer het mogelijk is om u door te verwijzen naar de bron
van deze informatie, dan ziet u hier onder een link naar die plek.
Als er geen link staat, kunt u contact opnemen met de bibliotheek,
die u verder op weg kan helpen.
Met vriendelijke groet,
Het psychotraumanet-team.
Referentie:
Truus de Witte | 2010
434 p | Leeuwarden : Elikser
https://www.amazon.de/onbekende-plaats-begraven-April-Meistakingen-oorlogsvermissing/dp/9089541381
Ook verschenen als proefschrift Rijksuniversiteit Groningen
Met lit. opg. - Met samenvatting in het Engels
434 p | Leeuwarden : Elikser
https://www.amazon.de/onbekende-plaats-begraven-April-Meistakingen-oorlogsvermissing/dp/9089541381
Ook verschenen als proefschrift Rijksuniversiteit Groningen
Met lit. opg. - Met samenvatting in het Engels
Trefwoorden:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945), April-mei staking, verzet, represailles, oorlogsgetroffenen, vermisten, psychotrauma (nl), rouw, verwerkingsproces, hulpverlening, Rode Kruis, persoonlijke ervaringen, Nederland
Plaatsingscode:
s4 WIT