Oorlogsvorming Burgerschapsonderwijs en geschiedenis
Inleiding
'Dat nooit meer' is het credo dat vaak wordt gebruikt als het gaat om de boodschap die
geleerd zou moeten worden uit de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog. Het idee dat
uit dit verleden lessen kunnen worden getrokken die relevant zijn voor het heden, geldt
haast als een vanzelfsprekendheid. In tegenstelling tot andere historische onderwerpen,
wordt de Tweede Wereldoorlog regelmatig verpakt in een les die, vaak aan de hand van
emotionele verhalen, geacht wordt te gelden als een waarschuwing voor het heden en voor
de toekomst om de uitgangspunten van de democratische rechtsstaat te beschermen. Deze
boodschap domineert met name in de herinnerings- en herdenkingscultuur rond deze
geschiedenis, die regelmatig het object is van historisch wetenschappelijk onderzoek.1 Een
koppeling van deze boodschap met de thematiek van burgerschap lijkt voor de hand te
liggen.
Sinds 2006 zijn Nederlandse scholen, zowel in het primair als in het voortgezet
onderwijs, namelijk bij wet verplicht om bij te dragen aan het bevorderen van 'actief
burgerschap en sociale integratie'.2 Een jaar eerder beargumenteerde toenmalig minister
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Maria van der Hoeven, het belang hiervan aangezien
leerlingen moeten 'leren leven in een samenleving die wordt gekenmerkt door etnische,
culturele en godsdienstige pluraliteit.'3 Hoewel de abstracte concepten uit de wet wel in
zekere mate in de kerndoelen zijn geëxpliciteerd, zijn scholen in principe vrij in de concrete
invulling van deze burgerschapsopdracht. Wel zijn docenten van alle vakken verplicht om de
thematiek in hun onderwijs te implementeren. Ondanks - of wellicht door - de grote vrijheid,
lijken scholen nog weinig raad te weten met hoe zij dit zogenoemde burgerschapsonderwijs
concreet moeten vormgeven.
In dit onderzoek wordt bestudeerd op welke manier de geschiedenis van de Tweede
Wereldoorlog en de daaropvolgende dekolonisatie van Nederlands-Indië raakt aan de
thematiek van burgerschapsonderwijs. Wat zijn de opvattingen en verwachtingen over het
koppelen van deze historische thema's aan doelstellingen van burgerschap? Op welke wijzen
is het inhoudelijk mogelijk om aan de hand van de geschiedenis van de Tweede
Wereldoorlog en de dekolonisatie van Nederlands-Indië deze doelen te realiseren? En wat
zijn de mogelijkheden en problemen van het geven van burgerschapsonderwijs aan de hand
van deze specifieke historische thema's?
Om de onderzoeksvragen te beantwoorden zal allereerst worden gekeken naar de
recente ontwikkelingen op het gebied van burgerschapsonderwijs in Nederland en hoe dit
zich verhoudt tot de wijzen waarop deze thematiek in enkele andere West-Europese landen
is geïmplementeerd. Dit gedeelte is grotendeels gebaseerd op literatuuronderzoek.
Vervolgens zal aan de hand van interviews met experts worden gereflecteerd op de ideeën
over het mogelijk koppelen van burgerschapsonderwijs aan historische thema's. Deze groep
deskundigen bestaat uit professionals uit het veld van geschiedenisonderwijs en
maatschappijleer en de musea en herinneringscentra over de Tweede Wereldoorlog en
Nederlands-Indië. Daarnaast zijn enkele personen geïnterviewd die zich op vrijwillige basis
1 Frank van Vree, 'De dynamiek van de herinnering. Nederland in een internationale context', in: Frank
van Vree en Rob van der Laarse (red.), De dynamiek van de herinnering: Nederland en de Tweede
Wereldoorlog in een internationale context (Amsterdam, 2009) 32-35; Susan Hogervorst, Onwrikbare
herinnering: herinneringsculturen van Ravensbrück in Europa, 1945-2010 (Hilversum, 2010) 157; Rob
van Ginkel, Rondom de stilte. Herdenkingscultuur in Nederland (Amsterdam, 2011) 29; Erik Somers, De
oorlog in het museum: herinnering en verbeelding (Zwolle, 2014) 117-118.
2 Zoals in de volgende paragraaf beschreven, heeft het burgerschapsthema op bijvoorbeeld het
middelbaar beroepsonderwijs (mbo) een andere invulling. Dit onderzoek beperkt zich echter tot het
funderend (primair en secundair) onderwijs.
3 Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 'Onderwijs, Integratie en Burgerschap' (Den Haag,
23 april 2004).
6
bezighouden met het levend houden van de herinnering aan deze geschiedenissen. Hierbij
zijn in het bijzonder enkele individuen of organisaties geselecteerd die betrokken zijn in de
gastspreker-programma's, bedoeld ter facilitering van ooggetuigenverhalen in het onderwijs.
Deze studie reflecteert daarom ook op de vraag in hoeverre deze vorm van educatie al dan
niet kan bijdragen aan doelen van burgerschap. Tot slot zullen aan de hand van de resultaten
van deze studie enkele aanbevelingen worden gedaan over de koppeling van
burgerschapsonderwijs aan de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog en de
dekolonisatie van Nederlands-Indië.
Deze studie is verkennend van opzet en beoogt daarmee vooral om aandacht te
schenken aan de bestaande variatie aan opvattingen en perspectieven. Hoewel slechts een
select aantal personen konden worden benaderd, is in de keuze van interviewrespondenten
zoveel mogelijk gestreefd naar het schetsen van een representatief beeld. Vanwege de korte
looptijd van het project (drie maanden) bleek het echter onmogelijk om hier volledig recht
aan te doen. Omwille van de planning was het bovendien logistiek niet haalbaar om alle
geselecteerde personen binnen de gestelde periode te spreken. Gezien deze beperkingen
beoogt dit onderzoek dan ook niet een uitputtende weergave te zijn. Het is hierbij relevant
om te vermelden dat de thematiek van burgerschapsonderwijs als zodanig voor diverse
respondenten een betrekkelijk nieuw onderwerp vormde en zij niet steeds volledig op de
hoogte bleken van het desbetreffende beleid en van de verschillende invullingen van
burgerschapsonderwijs. De verslaglegging van de diverse opvattingen is dan ook deels tot
stand gekomen op basis van vragen geformuleerd naar aanleiding van inzichten uit de
literatuur.
Dit onderzoek is uitgevoerd naar aanleiding van een verzoek van het Ministerie van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Afdeling Oorlogsgetroffenen en Herinnering, mei 2014)
om in kaart te brengen hoe er in het desbetreffende veld van herinnering en educatie
momenteel wordt omgegaan met het idee van burgerschapsvorming, onder andere
geredeneerd vanuit het idee dat deze koppeling een mogelijkheid kan zijn om de
geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog en de dekolonisatie van Nederlands-Indië op een
nieuwe manier relevant kan maken. Dit project liep parallel aan het onderzoek uitgevoerd
door de Stichting Leerplanontwikkeling (SLO), bestaande uit een inventarisatie naar het
beleid inzake het onderwijs over de Tweede Wereldoorlog en de dekolonisatie van
Nederlands-Indië en de uitvoering hiervan. Veel dank gaat uit naar alle gesproken
deskundigen voor hun openheid en bereidheid om kennis, ideeën en inzichten over deze
thematiek te delen.
Geachte bezoeker,
De informatie die u nu opvraagt, kan door psychotraumanet niet aan u worden getoond. Dit kan verschillende redenen hebben,
waarvan (bescherming van het) auteursrecht de meeste voorkomende is. Wanneer het mogelijk is om u door te verwijzen naar de bron
van deze informatie, dan ziet u hier onder een link naar die plek.
Als er geen link staat, kunt u contact opnemen met de bibliotheek,
die u verder op weg kan helpen.
Met vriendelijke groet,
Het psychotraumanet-team.
Referentie:
Pieter de Bruijn | 2015
36 p | niod [host]
http://niod.nl/sites/niod.nl/files/Rapport%20Oorlogsvorming%20Burgerschap%20en%20Geschiedenis.pdf
36 p | niod [host]
http://niod.nl/sites/niod.nl/files/Rapport%20Oorlogsvorming%20Burgerschap%20en%20Geschiedenis.pdf