Spreken over fout : hoe kinderen van collaborateurs het zwijgen verbraken, 1975-2000

De ‘kinderen van foute ouders’ werden decennia na de bevrijding nog buitengesloten, gestigmatiseerd en  mishandeld.

Hun vaak ernstige problematiek vertoonde zo veel overeenkomsten met die van andere oorlogsslachtoffers dat de vraag rees of zij daar niet ook toe zouden moeten worden gerekend. Was men in staat de kinderen ‘foute’ ouders de hulp te bieden die ze nodig hadden? Hoe werden zij langzamerhand opgenomen in het stelsel van psychische hulpverlening?

Dit boek onderzoekt hoe deze groep kinderen zich in Nederland organiseerde, hoe er op de roep om hulp werd gereageerd door overheid, hulpverlening en media, en hoe er ruimte ontstond om te spreken over collaboratie.
 

Signatuur:

s8.1.2. ENN

Referentie: 
Bram Enning | 2014
Uitgeverij Balans
Trefwoorden: 
collaboratie, hulpverlening, ICODO, kinderen van ‘foute ouders’, lotgenotencontact, media, mishandeling, Onderzoek, organisaties, overheid, psychosociale problematiek, Stichting Centrum '45, stigmatisering, tweede generatie, zelfhulp