'Ik praat ook met mensen als het goed met ze gaat': Coördinator Geestelijke verzorging bij het Veteraneninstituut

IN DE SPREEKKAMER

Welke rol hebben geestelijk verzorgers in de veteranenzorg? Waar bestaat hun werk uit? klopt het religieuze beeld van geestelijk verzorgers? Michaela schok ging hierover in gesprek met Erwin kamp, coördinator geestelijke Verzorging bij het Veteraneninstituut.

Erwin Kamp is humanistisch raadsman sinds 1999 en gaat uit van de eigen kracht van mensen. Hij krijgt te maken met onderwerpen die raken aan zingeving of humanisering zoals rouw, verliesverwerking, en scheiding. in zijn werk gaat het vaak om breukvlakken in het leven van mensen. Mensen zijn dan vooral op zoek naar betekenis.

Geestelijk verzorgers bij Defensie hebben van oudsher drie taken. De eerste taak is die van individuele begeleiding, of vanuit een confessionele invalshoek, pastorale begeleiding. een tweede taak is het begeleiden van groepen. dat zijn bijvoorbeeld vormingsbijeenkomsten of thematische bijeenkomsten gericht op ‘wat ga ik doen na mijn diensttijd bij Defensie’. Er worden ook bezinningsbijeenkomsten of kerkdiensten georganiseerd vanuit de godsdienstige invalshoek. Een derde belangrijke taak is dat geestelijk verzorgers commandanten en leidinggevenden gevraagd en ongevraagd advies geven op het gebied van personeelsbeleid.

Het motto van waaruit Kamp werkt is ‘ik praat ook met mensen als het goed met ze gaat’. Dit geldt volgens hem vooral voor veteranen. daar gaat het in negentig procent van de gevallen goed mee. Als geestelijk verzorger legt kamp de nadruk op zowel veteranen als hun thuisfront. ‘Wij gaan waar zij gaan. Wij gaan dus ook mee op oefening, op uitzending en zijn heel nabij’.

Raadsman, heeft u nog raad?

Deze week bijvoorbeeld heeft Kamp drie individuele begeleidingsgesprekken naast zijn andere werkzaamheden. Zo heeft hij een gesprek met een voormalig collega die net is ontslagen. Vanavond spreekt hij iemand die hij kent vanuit zijn diensttijd die in scheiding ligt. Daar gaat hij op huisbezoek en spreekt met zowel haar als haar man. Kamp: ‘in dat gesprek verkennen we gezamenlijk mogelijkheden voor een oplossing of komen tot de definitieve conclusie dat er een einde aan de relatie is gekomen’. Verder spreekt hij deze week een matroos die hij nog kent uit zijn tijd bij de Marine. ‘Deze matroos maakt een overstap van de Marine naar de Marechaussee maar heeft vragen over zijn zelfbeeld. Hij wil dat niet met zorgverleners binnen de reguliere zorglijn bespreken omdat hij bang is dat dit consequenties heeft voor zijn toekomst bij de nieuwe werkgever’.

Dit zijn voorbeelden van individuele begeleiding als geestelijk verzorger. in 2009 heeft Kamp een boek geschreven getiteld Raadsman, heeft u nog raad?. Daarin geeft hij een beschrijving van 10 jaar werkervaring als humanistisch verzorger bij het Korps Mariniers op basis van een aantal casussen die hij heeft begeleid. Kamp is begonnen als humanistisch verzorger bij de Van Cent Kazerne in Rotterdam. Vervolgens is hij geplaatst op de Marinierskazerne in Doorn en mee op uitzending geweest naar Ethiopië-Eritrea. Daarna is hij mee op uitzending geweest naar irak. De werkzaamheden tijdens een uitzending zijn anders volgens Kamp. Dan leef en werk je 24 uur per dag zeven dagen per week samen. Even naar huis gaan is er niet bij. ‘Tijdens de missie gaat het om het “echie” zoals de mariniers zeggen en ga je ook mee de poort uit. Dan kom je terecht in situaties die heel spannend kunnen zijn en waar je merkt wat een uitzending aan den lijve met mensen kan doen’. Na deze operationele tijd is hij op Curagao geplaatst met zijn gezin voor vier jaar. ‘Dat was relatief rustig in vergelijking met oorlogsomstandigheden tijdens een missie’. Daar heeft hij voor de Marine en de mariniers gewerkt als geestelijk verzorger. Kamp heeft ook veel gevaren met de Marine in het Caribische gebied waar bijvoorbeeld een Hurricane oefening werd gedaan. Dat was vooral gericht op crisisopvang. Na terugkeer uit Curagao is Kamp drie jaar stafmedewerker inhoudelijk Beleid geweest bij Defensie. Daar kon hij zijn ervaringen vanuit de praktijk omzetten in beleid voor de geestelijke verzorging binnen Defensie om bijvoorbeeld mensen beter op te kunnen leiden. Sinds 2011 werkt hij als coördinator geestelijke verzorging bij het Veteraneninstituut. Het boek Raadsman, heeft u nog raad heeft hij ook geschreven om meer kennis te bieden over het vak humanistisch geestelijke verzorging. ‘Vaak denken mensen dat ons vak vooral met godsdienst en kerk te maken heeft. Het vak geestelijke verzorging heeft echter niet stil gestaan en is ook geëvolueerd’.

Unieke samenwerking

Bij Defensie bestaan 6 verschillende diensten geestelijke verzorging. ‘Naast de humanistische dienst, is er een Rooms-Katholieke, Protestantse, Joodse, Hindoeïstische en islamitische dienst geestelijke verzorging binnen Defensie. Het is heel uniek in de wereld dat dergelijke geloofsovertuigingen met elkaar op deze manier samenwerken’. Soms zijn er wel eens verschillen in opvattingen maar er wordt over het algemeen goed samengewerkt binnen de verschillende diensten. Maar elke geloofsovertuiging heeft natuurlijk een eigen mens- en wereldbeeld. Vanuit zijn functie als waarnemend hoofd van dienst heeft hij gemerkt dat de verschillende diensten neigen naar gezamenlijkheid. Er werken 150 geestelijk verzorgers bij Defensie. Als coördinator ontfermt Kamp zich over de 110.000 veteranen die uit dienst zijn bij Defensie. Dat doet hij niet alleen maar samen met 3 andere collega’s in de regio’s. Hij is bereikbaar voor alle veteranen in Doorn maar is ook in heel Nederland werkzaam waar nodig. Ook mensen die betrokken zijn bij veteranen kunnen een beroep doen op de geestelijke verzorging zoals een partner, een broer of een zus. Vaak merken direct betrokkenen dat het niet goed gaat met een veteraan. Dat kan een veteraan ook bij zichzelf constateren. Maar dan is het vaak niet duidelijk wat er niet goed gaat. Bij zo’n eerste contact komt een veteraan bijvoorbeeld met signalen als ‘ik slaap slecht’ of ‘ik heb woede aanvallen’. Maar werken als geestelijk verzorger bij Defensie is ook werken met mensen die in de kracht van hun leven staan. Kamp spreekt veel jong volwassenen die met vraagstukken rondom identiteit bezig zijn. Daarin spelen met name ‘trage vragen’ een rol. Dat zijn vragen waar je als mens niet gelijk een antwoord op kunt vinden zoals ‘Waarom gebeurt mij dat?’. Het werk van Kamp gaat vooral over zingeving en betekenisgeving, niet alleen in relatie tot negatieve gebeurtenissen in het leven, maar ook bij positieve gebeurtenissen zoals verliefdheid, geboorte en huwelijk. ‘Als geestelijk verzorger ben je dan een gesprekspartner. iemand die als het ware met je meeloopt’.

Kwaliteit van geestelijke verzorging

Om als geestelijk verzorger te worden aangenomen is een wetenschappelijke opleiding een minimale eis. Traditioneel werken geestelijk verzorgers binnen de gezondheidszorg, Justitie of bij Defensie. Binnen de Dienst Humanistisch Geestelijke Verzorging bij de Krijgsmacht is het volgen van een opleiding ‘opvang van traumatische gebeurtenissen’ verplicht. Geestelijke verzorging is niet gebonden aan strakke protocollen en behandelplannen. Kamp: ‘Zolang de ander het belangrijk vindt dat wij er zijn bieden wij begeleiding en dat is niet gelimiteerd aan tijd’. Het contact heeft als doel het verhogen van welzijn, meer bewustzijn creëren en/of ondersteuning bieden bij het maken van keuzes. Vanuit het humanistische perspectief is zelfbeschikking een belangrijk grondbeginsel waarbij verantwoordelijkheid voor jezelf en de ander centraal staat. ieder mens heeft een normatief kader van waaruit hij handelt volgens Kamp. Dat is gebaseerd op bepaalde waarden. Vanuit deze invalshoek begeleid je mensen als geestelijk verzorger. ‘in dit vak is zelfkennis van wezenlijk belang’. in een begeleidingstraject is het daarom belangrijk dat je als geestelijk verzorger bewust bent van de stappen die je zet. Het is belangrijk om je vak te onderhouden en daarnaast wordt er ook intervisie geboden waarin casuïstiek wordt besproken. Kamp heeft voor zichzelf ook een supervisietra-ject doorlopen na iedere uitzending.

Ontwikkelingen binnen de geestelijke verzorging

Van origine wordt geestelijke verzorging gezien als een ambt maar het heeft zich door de jaren verder geprofessionaliseerd vertelt Kamp. Vooral veranderingen binnen Defensie zijn belangrijk geweest in de verdere professionalisering van het vakgebied. in 1996 is de dienstplicht opgeschort en veranderde de focus op een beroepsleger. Zo zijn bijvoorbeeld de voorbereidingen op militaire uitzendingen aanzienlijk verbeterd in samenwerking met andere disciplines zoals maatschappelijk werkers, psychologen en psychiaters in zogenaamde sociaal medische teams. Nederland is daarin een gidsland volgens Kamp. ‘De geestelijke verzorging heeft een duidelijke positie binnen Defensie. Bij zowel militairen, legerleiding als ook de politiek wordt veel waarde gehecht aan de geestelijke verzorging, ook in de veteranenzorg’. Een belangrijk voorbeeld daarvan is de organisatie van de jaarlijkse fakkeltocht voor nabestaanden van overleden uitgezonden militairen bij het Monument van Roermond door de geestelijke verzorging. Daar kunnen nabestaanden herdenken, met elkaar in contact komen zonder al teveel politieke of publieke aandacht.

Geestelijk verzorgers werken volgens het concept van de nuldelijnszorg. Door de bezuinigingen in de eerste- en tweedelijns GGZ komt de nadruk meer te liggen op preventie en vroegtijdige signalering. De geestelijke verzorging zal als partner van het Landelijk Zorgsysteem voor Veteranen (LZV) daardoor nadrukkelijker in beeld komen in de veteranenzorg. Volgens Kamp heeft juist het delen van dezelfde ervaringen, die vertrouwdheid en dat bekende gezicht gekoppeld aan de professionele begeleiding, een belangrijke meerwaarde.

Meer informatie: www.veteraneninstituut.nl/zorg

MiCHAELA SCHOK is psycholoog/onderzoeker bij het Veteraneninstituut en redactielid Cogiscope.

Referentie: 
Michaela Schok | 2013
Trefwoorden: 
geestelijke verzorging, interviews, pastorale zorg, psychotrauma (nl), PTSD (nl), PTSS, veteranen