Hulpverlening bij humanitaire rampsituaties: Cursus en stage over hulp in post-conflictgebieden
Cootje Logger en Joke van Bokkem, twee deelnemers aan de leergang geestelijke gezondheidszorg en psychosociale ondersteuning in post-conflictgebieden, blikken terug op de verschillende onderdelen van de leergang. In het bijzonder op de stage, respectievelijk in Cambodja en Nepal: ‘Meemaken hoe mensen in rampgebieden overleven.’
Waarom schreefje je in voor deze leergang?
Cootje Logger
‘Als sociaal psycholoog, specialiseerde ik me in groepsdynamica en toegepast onderzoek. Twintig jaar werkte ik als stafdocent methoden maatschappelijk werk en management op een deeltijd HBO-MW. Zeventien jaar geleden begon ik een eigen bedrijf voor coaching, training en teambuilding, onderzoek en advies, en interim-management. Een opdracht van GGZ-preventie bracht mij bij buitenlanders: een methodiek ontwerpen voor vluchtelingen om te netwerken.
In mei 2008 overhandigde een vriendin me twee A-4tjes: ‘Kijk eens wat ik op intranet vond? Deze cursus lijkt me wel iets voor jou. Ze leiden veldwerkers op voor het buitenland, na afloop kom je in een soort pool waaruit ze putten als ze mensen nodig hebben.’
Ooit ben ik begonnen met de medicijnenstudie, om ‘wereldwijd met mensen’ te kunnen werken, maar helaas, die alfa opleiding van mij bleek een te grote hindernis. Voor ‘mensen’ zwaaide ik om naar psychologie en mijn belangstelling voor ‘wereldwijd’ kon ik kwijt in het vrijwilligerswerk voor een van de eerste gastarbeidersactiegroepen bij het Nesbic (ontwikkelingssamenwerking) en door zoveel en zo ver mogelijk te reizen. In een pool komen om uitgezonden te worden: De cirkel leek rond.
Er bleef wel een punt van kritische zelfreflectie: Heb ik wel echt wat bij te dragen in die andere culturen? En bijdragen vind ik meer dan alleen het ‘Do no harm’ principe.’
Hoewel ik geen ‘experienced mental health worker’ met klinische en therapeutische ervaring ben, gaf ik mij op. En..., ik werd toegelaten. Collega’s en vrienden, reageerden met: ‘Typisch iets voor jou!’
En het weekend na de eerste cursusweek reageerden ze met: ‘Ben je soms verliefd, je loopt zo te stralen? Wat illustreert beter mijn enthousiasme?’
Joke van Bokkem
‘Ik werk momenteel als GZ-psycholoog, trainer, senior adviseur bij Instituut voor Psychotrauma (IvP) en ben gespecialiseerd in stress- en crisismanagement, en Stepped Care Personeelszorg (traumazorg). Ook geef ik therapie en participeer ik in internationale (onderzoeks-)projecten op het gebied van disaster preparedness en trauma-care. Verder heb ik een eerstelijnspsychologenpraktijk met specialisatie traumazorg in Bergen op Zoom.
Ik wilde als professional me verder ontwikkelen als gespecialiseerd psycholoog en trainer op het gebied van internationale humanitaire acute hulpverlening. Ik bracht al zogeheten project-visits aan een vluchtelingenkamp in Oeganda en in Sri Lanka. Verder reis ik veel en ben ik geïnteresseerd in cultuur en natuur. Ik kreeg steun van mijn directeur om me in te schrijven op basis van mijn motivatie dat ik me verder wilde specialiseren. Bovendien wil het IvP graag internationaliseren en waren mijn collega’s ook geïnteresseerd.’
Wat vond je opvallende aspecten aan de leergang?
Cootje Logger
‘De leergang bood veel interessante literatuur. De docenten en trainers waren gemotiveerd en deskundig in het overdragen van zowel theoretische kennis als trainingsvaardigheden. Het internationale docentencorps was erg stimulerend, zo ook de specialisten uit het werkveld. De tweede week volgde ik projectdesign and im-plementation, maar ‘train de trainer’ had ik ook graag willen doen. Aan design kwamen we wel toe, aan de implementation minder.
Wat mij opviel en geruststelde was dat ik veel trainingswerkvormen, vooral non-verbale interventies en theatertechnieken gericht op kritische bewustwording nog herkende uit de jaren ’70 en ’8o. De projectcyclus is in de wereld van de Humanitarian Aid soms wel iets anders onderverdeeld en benoemd, maar is in wezen hetzelfde. De sterke nadruk op de ‘psychosocial support’ benadering was ook een verrassing. Naast mijn enthousiasme heb ik ook kritiek. Als oud-docent vroeg ik mij af waarom er geen toetsing of andere verwerkingsvorm van de literatuur was. Liever had ik alle literatuur van te voren gekregen, want met drie dagdelen ‘les’ is er nauwelijks tijd om iets te lezen. Het verbaasde mij dat een kritische discussie over wat wij westerlingen daar nu eigenlijk kunnen bijdragen niet aan bod kwam.’
Joke van Bokkem
‘Ik vond - na de waardevolle tiendaagse training in Nederland - de letterlijk ‘live experience’ van het ‘overleven’ van mensen in rampgebieden zeer indrukwekkend (Mijn project viel na een vloedgolf en was gericht op Tibetaanse vluchtelingen). De historische ligging van Nepal trof me: een mooi land maar letterlijk zo ‘ingeklemd’ tussen de twee grootmachten India en China. Bevredigend was het om een bescheiden bijdrage als gespecialiseerd psycholoog en trainer te kunnen leveren gericht op kennisoverdracht over human support (community-based) na rampen en van andere trainingsactiviteiten, afgestemd op de behoeften van de werkers bij TPO Nepal. De human support, de veerkracht van overlevenden, de ondersteuning van de ba-sic needs, maar ook de behoefte aan gespecialiseerde internationale (psychologische, psychiatrische) hulp vanwege de ‘sociale’ ontwrichting vielen me op.’
Hielp de cursus enigszins als voorbereiding voor de stage?
Cootje Logger
‘Een stage is om in de praktijk te laten zien dan je de theorie kunt toepassen, niet om te kijken naar hoe anderen het doen. Daartoe is een duidelijke opdracht nodig die je ook van te voren voorbereidt. (Hier spreekt de docent). Eén week is dan veel te kort. Misschien is het haalbaar bij een concrete trainingsopdracht. Een koppeling tussen persoon(capaciteiten) en plek (behoeften) ontbrak. Er zou een zorgvuldige match gemaakt moeten worden. In Cambodja begrepen ze niet wat nu eigenlijk de bedoeling was. Toen we cv’s opstuurden was men nog verbaasder: de aangekondigde ‘students’ bleken geen twintigers, maar 50+ senior consultants.
Bij de stage organisatie bleek dat het had ontbroken aan communicatie tussen hoofdkantoor en onze coördinator op de provinciale stageplek. Uiteindelijk was er een week van te voren een programma voor twee weken voor mij geregeld en een week voor een medecursist. Wij hadden beide de richting project design en implemen-tation gekozen, maar met die werkzaamheden begon men daar pas twee weken later. Wij bekeken dus vormen van training, van psycho-edu-catie en zelfhulpgroepen, waarbij de supervisor teamleider meeging voor uitleg en vertaling. Met dertig jaar ervaring in het trainen van trainers en in het onderwijs, kon ik toch nog wat bijdragen. Dat had meer kunnen zijn. Dat vond ook de supervisor, toen hij merkte welke achtergrond wij hadden.
In mijn tweede week was er ruimte voor consultatie en in de derde week heb ik met de re-searchstaf op het hoofdkantoor veel interessante informatie kunnen uitwisselen. Dat is ook de plaats waar een stage ‘projectdesign’ tot zijn recht kan komen. Alle cursisten vonden overigens dat een week echt te kort is, bleek op de terugkomdagen.
Het stage-onderdeel van de cursus was waarschijnlijk een subsidie-eis. Weer zo’n voorbeeld van een procedurele kwaliteitseis (input geleverd) die niets zegt over een (kwalitatief goed) resultaat, denk ik dan.’
Wat waren aandachtspunten en ervaringen in je stage?
Cootje Logger
‘De enorme armoede als bron van alle ellende was het centrale thema bij de staf van TPO Cambodja. Er zijn geen voorzieningen, de psychosociale steun moet uitgevoerd worden door de (in)formele leiders in de dorpen. Zij worden daarin getraind. Tijdens de cursus werd benadrukt dat mental health ingebed moest zijn in general health. Ik heb een fantastische tijd in Cambodja gehad. De staf van TPO werkte op een kwalitatief hoog niveau.
TPO Cambodja is er steeds meer van overtuigd dat psychosociale problematiek geïntegreerd aangepakt moet worden met materiële ontwikkeling. ‘Als je drankprobleem is opgelost zonder zicht op werk, dan grijp je zo weer naar de fles.’
Joke van Bokkem
‘Ik kan niet direct verwoorden wat de impact voor mij persoonlijk was bij terugkeer in Nederland. Een internationale inzet in rampengebieden is letterlijk ‘beyond words’.
Mijn partner die ook aanwezig was bij project-visits in Nepal maakte foto’s. De film van deze
foto’s en de reflectie van mijn ervaringen in een powerpointpresentatie later, maakte het makkelijker de ervaringen concreet in woorden en een beeldend verhaal om te zetten zodat ik die kon delen met intimi. Ook zij waren onder de indruk.
Met name de leefomstandigheden waren confronterend: de hygiënische omstandigheden in de rampgebieden die ik bezocht waren erbarmelijk en gaven me een ‘unheimisch’ gevoel. Het heeft mij gesterkt in wat ik als gespecialiseerd professional bij dit soort inzetten kan betekenen. Ik voel me een soort ambassadeur voor psychologische en psychiatrische zorg. Vaak krijgt medisch, technische en sociale hulp grote aandacht in internationale humanitaire activiteiten. Dat is terecht. Maar psychologische en psychiatrische hulp bij menselijk lijden heeft vooral op langere termijn blijvende aandacht nodig! Ook voor herstel en wederopbouw van gemeenschappen.’
Wat zijn je vooruitzichten en ambities na voltooiing van de leergang en stage?
Joke van Bokkem
‘Ik vind het prettig om in Nederland professional te zijn op het gebied van humanitaire zorg, maar ik ben zeker van plan me internationaal verder te ontwikkelen via deskundigheidsbevordering en kortdurende projectvisits bij rampen en calamiteiten. De leergang heeft daartoe een enorme bijdrage geleverd.’
Cootje Logger
‘Nu ik gemerkt heb dat ik in dit soort landen toch wel een bescheiden bijdrage kan leveren is mijn ambitie alleen maar groter geworden. Alleen die pool waarin ik mij mocht onderdompelen om uit opgevist te worden voor uitzending... de aanleiding om mij voor die cursus op te geven, tja, die blijkt dus niet te bestaan, die zal ik nu zelf moeten gaan maken. Aan de slag dus!’
Leergang geestelijke gezondheidszorg en psychosociale ondersteuning in post-conflict-gebieden (Course Mental Health and psycho-social support in post conflict areas).
War Trauma Foundation, Cogis en HealthNet TPO organiseerden het afgelopen cursusjaar een applicatiecursus voor GGZ-professionals die zich willen bekwamen in het werken in (post) conflictgebieden.
De leergang bestond uit 8 lesdagen, minimaal 1 stageweek en 3 terugkomdagen. Hoofdopleiders waren Peter Ventevogel en Ton Haans. Bij de opleiding waren verder vele gastdocenten uit het buitenland betrokken met expertise op dit terrein.
De cursus bood (toekomstige) veldwerkers kennis van de belangrijkste theoretische discussies op het gebied van psychosociale zorg. Thema’s waren bijvoorbeeld psycho-trauma, counseling, speciale programma’s voor kinderen, community based aanpak, de rol van internationale trainers, internationale richtlijnen en normen, en zorg voor de werkers.
Het tweede deel van de cursus bood een keuze uit twee workshops:
1 projectontwikkeling voor international mental health
2 het trainen en superviseren van veldwerkers in deze projecten
Het derde onderdeel van de cursus was optioneel en bestond uit een stage in Afrika of Azië.
Voor informatie over de leergang die in januari 2010 zal starten, kunt u zich wenden tot Mevr. Renate van den Bronk via www.cogis.nl of r.vandenbronk@cogis.nl.
SYTSE VAN DER VEEN is redacteur van Cogiscope.