Hoe help ik een vluchteling? : Tips en adviezen voor de eerstelijn en het sociaal domein aan de hand van casuïstiek over psychosociale problematiek

Dit praktijkboek biedt professionals in de zorg en het sociale domein praktisch toepasbare tips en adviezen om mensen met een vluchtelingenachtergrond met psychische en sociale problemen beter te kunnen helpen. Dit doen we aan de hand van tien herkenbare praktijksituaties die een doorsnee zijn van de vragen die leven onder professionals in de eerstelijnszorg en het sociaal domein.

 

De casuïstiek illustreert waar je als hulpverlener tegen aanloopt en met welke vragen jij en je collega’s worstelen in de hulpverlening aan deze groep. De concrete casuïstiek is gebaseerd op de praktijk en is beschreven vanuit het perspectief van de diverse hulpverleners, zoals de huisarts, de poh-ggz (praktijkondersteuner geestelijk gezondheidszorg) en de psycholoog. Daarnaast komt het perspectief van de vluchteling aan bod met zijn ideeën en emoties over de hulpverlening.

 

Voor wie

Omdat er in de eerste lijn en in de directe nabijheid (wijk, gemeente) veel gezondheidswinst te behalen valt en lang niet alle vluchtelingen naar een specialist hoeven, richt dit praktijkboek zich vooral op hulpverleners in de eerstelijnszorg en het sociaal domein. Dit praktijkboek is vooral nuttig voor professionals die nog weinig ervaring hebben met hulpvragers met een vluchtelingenachtergrond, maar ook voor collega’s met meer ervaring.

 

Leeswijzer

De casuïstiek zijn bewerkingen van praktijksituaties, gebaseerd op realistische problematiek, vragen en dilemma’s. Pharos krijgt regelmatig vragen om advies in lastige praktijksituaties. Op basis van onze kennis en ervaring denken we dan mee met hulpverleners en geven advies en tips. Dit praktijkboek bouwt hier op voort. We hebben ervoor gekozen veel casuïstiek goed te laten aflopen na de interventies van de hulpverlener. Dit met het oog op de inspirerende werking van positieve ervaringen. In de realiteit zal dit natuurlijk niet altijd opgaan. Iedere casus eindigt met links naar aanvullende informatie. We sluiten af met enkele nuttige bijlages. Omdat het werken met tolken en het opbouwen van een vertrouwensrelatie in iedere casus speelt is informatie hierover gebundeld in bijlage 1 en 2.

 

Terminologie

De praktijksituaties betreffen vluchtelingen die een verblijfsvergunning hebben gekregen en nu in de gemeente woonachtig zijn, ook wel statushouders genoemd. In de praktijk gebruiken hulpverleners zowel de woorden patiënt als cliënt. Wij kiezen ervoor om cliënt aan te houden. Tot slot kan overal waar bij een algemene verwijzing naar een vluchteling of een begeleider ‘hij’ of ‘zijn’ staat ook ‘zij’ of ‘haar’ gelezen worden.

 

Vaste opbouw

Elke praktijksituatie wordt aan de hand van een vaste opbouw beschreven en uitgewerkt: Naam van de casus

• Trefwoorden: geslacht, herkomstland, aanleiding, problematiek, betrokken hulpverlener(s)

• Beschrijving situatie

• Vraag van hulpverlener

• Hypothese: wat speelt hier?

• Handelingstips en adviezen

• Beloop

• Perspectief cliënt

• Aanvullende informatie

Referentie: 
Marit Hoekema en Evert Bloemen | 2021
40 pagina's | Utrecht : Pharos: Expertisecentrum Gezondheidsverschillen
https://www.pharos.nl/wp-content/uploads/2021/03/Hoe-help-ik-een-vluchteling-Casusboek-Pharos.pdf
Trefwoorden: 
casuistiek, eerstelijns gezondheidszorg, gender, handleidingen, hulpverleners, jeugd, psychosociale problematiek, sekseverschillen, tolken, vluchtelingen