factsheet gezondheidszorg asielzoekers

Met de komst van grote groepen asielzoekers krijgen steeds meer (huis)artsen en verpleegkundigen in Nederland met hen te maken. Pharos heeft in overleg met het RIVM, GGD GHOR Nederland, GC A en samen met een deskundige huisarts en een arts infectieziektenbestrijding van een GGD antwoorden geformuleerd op de meest voorkomende vragen over de zorg voor asielzoekers.

Ingezonden brief NTvG over behandeling van vluchtelingen: Reactie op Laban en collega's

Laban en collega’s geven aan de richtlijnen voor posttraumatische stressstoornis (PTSS) te
kennen en deze waar relevant en mogelijk toe te passen1. Maar maken direct ook een
uitzondering vanuit een redenering die ten onrechte vaak door hulpverleners wordt gebruikt:
“Richtlijnen zijn goed, maar gelden natuurlijk niet voor onze (moeilijke) patiënten”.

Reactie op Klinische Les ‘Vluchtelingen in de praktijk’

Wij reageren op de Klinische Les in het oktobernummer van het NTvG getiteld
‘Vluchtelingen in de praktijk. Persoonsgerichte zorg en veerkracht-gericht werken’
geschreven door Lamkaddem, van den Muijsenbergh en Laban
[https://www.ntvg.nl/artikelen/vluchtelingen-de-praktijk]1, omdat we vinden dat er
sprake is van een achterhaalde presentatie van wat een adequate behandeling van
getraumatiseerde vluchtelingen inhoudt.

Eerst stabiliseren of direct traumaverwerking: een schijndiscussie!?

EMDR-therapeuten zijn onderling in een strijd verwikkeld over de ‘Stabilisatiekwestie’.
Nu aangetoond is dat zelfs bij psychotische patiënten PTSS, zonder
voorafgaande stabilisatie, veilig en effectief met EMDR kan worden behandeld
(Van den Berg et al., 2015), is er voor sommige therapeuten geen reden meer om
voorzichtig te zijn met EMDR, bij welke doelgroep dan ook. ‘Eindelijk kunnen al
die patiënten die al zo lang ernstige klachten hebben, ook profiteren van EMDR.’
Andere therapeuten herinneren zich nog levendig hoe een snelle start met EMDR

Evidence based traumabehandeling te weinig toegepast

Bij het kiezen van een behandelmethode voor kinderen met een posttraumatische stressstoornis
(PTSS) kunnen behandelaren terugvallen op internationale richtlijnen, die zich baseren op
empirische evidentie (AACAP, 2010; NICE, 2005). Deze richtlijnen bevelen Eye Movement
Desensitisation Reprocessing (EMDR) en traumagerichte cognitieve gedragstherapie (CGT) aan
als eerste keuze behandelmethoden met daarbij parallelle of geïntegreerde ouderbegeleiding.
Toch zien wij in de praktijk regelmatig dat getraumatiseerde kinderen in de hulpverlening geen

Response to ‘‘Treatment compliance and effectiveness in complex PTSD patients with co-morbid personality disorder undergoing stabilizing cognitive behavioral group treatment: a preliminary study’’

Last November, the European Journal of Psychotraumatology
published an interesting paper entitled
‘‘Treatment compliance and effectiveness in
complex PTSD patients with co-morbid personality disorder
undergoing stabilizing cognitive behavioral group
treatment: a preliminary study’’ (Dorrepaal et al., 2013).
This article describes a post hoc analysis on data derived
from an analysis of a sample of complex PTSD patients
previously published in the Journal of Psychosomatics
and Psychotherapy (Dorrepaal et al., 2012). It shows the

Behandeling van complex trauma

Ik zie sinds kort een bijna 60-jarige homoseksuele man die
tussen zijn zesde en zestiende zeer frequent seksueel is
misbruikt en mishandeld door verschillende fraters en medebewoners
van een klooster. Hij heeft al ruim veertig jaar
last van nachtmerries en staat doorgaans tussen 2 en 3 uur
‘s nachts op omdat hij niet meer kan slapen en niet durft te
slapen. Hij durfde het pas enkele jaren geleden aan om hierover
naar buiten te treden en hulp te zoeken bij een specialistisch
traumacentrum. Hier is de diagnose complexe

Reactie op: ‘Complexe PTSS na vroegkinderlijk trauma: emotieregulatietraining als aanvulling op de PTSSrichtlijn’

In het maartnummer van het Tijdschrift lazen wij een
artikel van Thomaes e.a. (2015) over de behandeling van
mensen met ‘complexe ptss’. Een aantal aanbevelingen die
zij in hun conclusie presenteren, is volgens ons ongefundeerd.
Zo adviseren zij bij deze groep: ‘start met stabiliserende emotieregulatie
en cognitieve therapie als patiënten met ptss uitvallen
van, of niet geïncludeerd kunnen worden in, exposure-based
behandelingen volgens de ptss-richtlijn vanwege complexiteit en
comorbiditeit’. Dit verbaast ons.

SKA2 methylation is associated with decreased prefrontal cortical thickness and greater PTSD severity among trauma-exposed veterans

Methylation of the SKA2 (spindle and kinetochore-associated complex subunit 2) gene has recently been identified as a promising biomarker of suicide risk. Based on this finding, we examined associations between SKA2 methylation, cortical thickness and psychiatric phenotypes linked to suicide in trauma-exposed veterans. About 200 trauma-exposed white non-Hispanic veterans of the recent conflicts in Iraq and Afghanistan (91% male) underwent clinical assessment and had blood drawn for genotyping and methylation analysis. Of all, 145 participants also had neuroimaging data available.

Stabilisatie in traumabehandeling bij complexe PTSS: noodzaak of mythe

ACHTERGROND Bij de behandeling van mensen die in hun jeugd interpersoonlijk trauma hebben meegemaakt en last
hebben van symptomen van ‘complexe ptss’, wordt geadviseerd blootstelling aan de traumatische
herinneringen te laten voorafgaan door een fase van ‘stabilisatie’. Daarbij krijgen patiënten onder
andere emotieregulatievaardigheden aangeleerd.
DOEL Nagaan hoe sterk het empirisch bewijs is voor een dergelijke fasegerichte behandelaanpak bij deze
patiëntencategorie.

Pages