Mission possible : partners van de naoorlogse generatie oorlogsgetroffenen

Mijn vader had twee levens. Een kort en vlammend, zonder mij. En een daarna. Mijn vrijheid was een plicht.

Mijn vader had twee levens: een sloeg zijn brandmerk in het ander en het ander joeg een schaduw over mij.

 

Anna Enquist

 

Partnerrelatie-problematiek binnen gemengde huwelijken

Het samenleven van twee partners waarvan de één getraumatiseerd is door de oorlog en daarnaast ook nog een andere culturele achtergrond heeft, bijvoorbeeld joods of Indisch, brengt een aantal potentiële problemen met zich mee. Gemengde huwelijken zijn over het algemeen kwetsbaarder dan homogene relaties, omdat verschillen in culturele achtergrond en traumatisering soms moeilijk te overbruggen zijn. Zo kunnen er zaken spelen die te maken hebben met bijvoorbeeld levensfaseproblematiek, waar de partners heel verschillend op kunnen reageren.

De thematiek van trauma en oorlog in analystische kring

Traumatisation and War

The Dutch Annual of Psychoanalysis, Vol 2,

Editors: Han Groen-Prakken, Antonie Ladan en Antonius Stuf-kens.

Lisse: Swets & Zeitlinger, 1995.

ISBN 90 265 1433; 298 pagina’s; prijs ƒ 89,—.

Rust gevonden dankzij gespreksgroep

Doelstelling vereniging

 

Zelfhulpgroepen voor oorlogsgetroffenen, partners en kinderen

Inleiding

Oorlogservaringen kunnen diep ingrijpen in het leven van mensen. De trauma’s die daarvan hei gevolg zijn vragen om verwerking. Kenmerkend voor traumatische ervaringen is dc machteloosheid waarmee getroffenen zijn geconfronteerd en die hen in een slachtofferrol kan vasthouden.

Zelfhulpgroepen bieden een mogelijkheid om die machteloosheid te doorbreken. Groepsleden worden aangesproken op hun eigen kracht om veranderingen in gang te zetten. De sociale steun van mede-groepsleden vormt daarbij een belangrijke stimulerende factor.

Rouwverwerking bij echtscheiding

1    Inleiding

Afscheid nemen doet even pijn. Voorgoed afscheid nemen doet meer pijn. Voor altijd afscheid nemen van iemand die jarenlang de beste levensgezel(lin) geweest is doet ontzaglijk veel pijn. Ook al is dat zo dat je geleidelijk uit elkaar gegroeid bent en zelfs elkaar bent gaan haten, dan toch blijft scheiden een pijnlijk proces van afsterven. En wij die het zien gebeuren bij onze vrienden en kennissen schrikken ervan. “Hoe is het mogelijk?’, denken wij en ‘Als het ons maar niet overkomt’’.

Lichamelijke klachten na georganiseerd geweld - een psychosomatische benadering

De hulpvraag van oorlogs- en geweldsslachtoffers is vaak weinig gedifferentieerd. Het verduidelijken van die hulpvraag en de verdere analyse ervan vragen in het algemeen een breed georiënteerde geneeskundige benadering. Nu blijkt uit de gepresenteerde psychische en/of somatische pathologie lang niet altijd dat er sprake is van een geweldservaring in het verleden. Bovendien wordt dit ook vaak verzwegen. Het opsporen van deze relatie vergt daarom nogal eens vasthoudendheid en inventiviteit naast steeds noodzakelijke voorwaarden als empathie, sensitiviteit en een goede gesprekstechniek.

Er werkelijk voor open staan: signaleren en begeleiden van slachtoffers van geweld in de huisartsenpraktijk

Nog onlangs is uit een bescheiden onderzoek gebleken dat zélfs huisartsen die geïnteresseerd zijn in het probleem van sexueel geweld binnen het gezin, de signalen daarvan in hun eigen praktijk nauwelijks opvangen (Aussems e.a. 1988). Datzelfde blijkt overigens het geval te zijn bij alle lagen van de hulpverlening. Waar ligt de oorzaak? Is het de angst zich te moeten begeven in een moeilijk hanteerbare probleemsituatie? Vallen de gevolgen van geweld buiten het gezichtsveld van de hulpverlening?

Klachten van vluchtelingen in de huisartsenpraktijk

Sinds 1970 zijn er ongeveer 20.000 vluchtelingen in Nederland komen wonen. Een groot deel hiervan kwam naar Nederland op uitnodiging van de Nederlandse regering (bijv. Latijns-Amerikaans, Vietnamezen, Iraniërs). Anderen kwamen op eigen initiatief en vroegen in Nederland asiel aan (bijvoorbeeld Iraniërs, Koerden, Eritreërs, Ethiopiërs, Syriërs, etc.).

Dilemma's bij de psychiatrische diagnostiek van oorlogsgetroffenen

Het probleem van de psychiatrische beoordeling van oorlogsslachtoffers met het diagnostisch aspekt van de causaliteit en het taxatieaspekt van de invaliditeit wordt met name zichtbaar in de bedrijvigheid rond de aanvraag om een uitkering. De desiderata bij zo'n beoordeling voltrekken zich in een heel ander klimaat dan de hulpverlening. De keuze en verantwoording van wat we doen laten in beide situaties belangrijke verschillen zien, die rechtstreeks te maken hebben met het onderwerp dat ik in deze voordracht aan de orde wil stellen.

Pagina's